Dit interview is onderdeel van het Twijfelindo Project en Boek 2015/2016. Het boek is vorig jaar uitverkocht en de 2de druk is nog een kleine oplage beschikbaar. Bestel het laatste exemplaar van de gelimiteerde oplage hier of doe een donatie aan het huidige Crowdfunding project .

Wil je zelf ook meedoen in 2019? Klik hier

Beroep: Medewerker maatschappelijke zorg. Ik werk bij de Albert Heijn. Ik zit eigenlijk in de zorg. Ik help ouderen, gehandicapten of mensen met een psychisch probleem. En dan ben ik bezig met het dagritme. Ik help ze met opstaan, naar de wc gaan, eten, ja dat soort dingen.

Toen je van dit ‘Twijfelindo-project’ project hoorde wat was toen je eerste gedachte? 

Ik twijfelde of ik eraan mee zou doen. Ik krijg vaak te horen dat ik een universeel en exotisch gezicht heb. Als ik in Spanje ben, kan ik door voor Spaans, in Portugal kan ik door voor Portugees. Mensen denken nooit in eerste instantie dat ik een Indo ben. Ik hoor de meest rare herkomsten. Ik vind van mezelf dat ik Indo ben, en andere Indo’s zien het ook. Maar als we het over andere buitenlanders hebben, die kunnen het niet zien. Dus toen dacht ik ja, dan doe ik het gewoon.

Zou jij kunnen uitleggen wat jou Indisch maakt?

Puur mijn kleur. Ik voel me verder echt gewoon een Nederlander. Maar mijn huidskleur en mijn haar maken me echt Indisch.

Waar komen je ouders en grootouders vandaan?

Mijn grootouders komen uit Bandung, die zijn daar geboren en in 1958 naar Nederland gegaan met de boot.

Ben je wel eens in Indonesië geweest?

Ja, ik ben in 2010 naar Bali geweest, dat is heel grappig want het is eigenlijk onbekend maar toch ook wel bekend. Want je kent de geur, je kent de mensen, je kent het eten, je kent de muziek. Maar toch kom je wel in een ander land, met een andere taal en heel veel verschillende culturen.

Als we het met z’n allen over eten hebben, en over familie. En dan een plekje zoeken om te eten. Dat je op zit te scheppen met z’n allen, dat je mag kiezen uit gerechten, dan voel ik me toch meer Indisch.

Zijn er momenten wanneer je je meer Indisch voelt?

Bij de familie, als we het met z’n allen over eten hebben, en over familie. En dan een plekje zoeken om te eten. Dat je op zit te scheppen met z’n allen, dat je mag kiezen uit gerechten, dan voel ik me toch meer Indisch.

‘Oh ben je Turks?’ of: ‘Wat ben je?’ Dan zei ik gewoon: ‘Nee, ik ben een pinda.’

Hoe heb je vroeger je identiteit ervaren op school?

Eigenlijk wel goed. Ik zat wel in een klas met heel veel Nederlandse kinderen, en die namen me voor lief. Die vroegen nooit naar mijn achtergrond, en als ze het vroegen kwam het ook op een hele normale manier. Dan zeiden ze niet: ‘Oh ben je Turks?’ of: ‘Wat ben je?’ Dan zei ik gewoon: ‘Nee, ik ben een pinda.’ En daar konden ze wel om lachen. Dus ik deed het een beetje spelenderwijs. Ik vond dat nooit zo erg, ik voelde me ook niet beledigd of zo, ik vond het juist leuk eigenlijk.

Speelt je Indische identiteit in je werk nu een rol?

Ja, ik werk bij Raffie, een rusthuis voor Indische- en Molukse ouderen. Dat is leuk, want ik kan dan meepraten over het eten en over de mensen. En ik kan zeggen ‘selamat makan’ en dan worden ze blij als je dat zegt, dat vinden ze dan leuk. Ik weet natuurlijk precies hoe je het eten moet maken, bijvoorbeeld koffie toebroek. Ze vinden het leuk om te zien dat jongeren daarmee bezig zijn en dat het ook nog een Indo is. Dat vind ik mooi.

Hoe zie je de cultuur in de toekomst? 

Niet zo positief, ik denk dat die naar de achtergrond verschuift. Als ik zelf kinderen krijg, mag ik hopen dat ze een beetje donker zijn, een beetje getint. Ik denk niet dat dat nog ver zal doorgaan.

Hoe eet jij je rijst?

Met een lepel. Ik vind het zelf heel storend als ik bijvoorbeeld zie dat mijn neven en nichten die allemaal Nederlandse partners hebben, rijst eten met een vork. Dan zit ik ze echt aan te kijken van, hm rijst met een vork. Ik vind niet dat je een echte Indo bent als je rijst met een vork eet.

Wat is je lievelingsgerecht of -snack?

Mijn lievelingssnack is en blijft risolles. Dat vind ik gewoon hemels, maar dan wel die met de vulling en niet met het gehakt. Dat vind ik echt heel lekker. Mijn lievelingseten dat blijft nasi met een gebakken ei.

Dit interview is onderdeel van het Twijfelindo Project en Boek 2015/2016. Het boek is vorig jaar uitverkocht en de 2de druk is nog een kleine oplage beschikbaar. Bestel het laatste exemplaar van de gelimiteerde oplage hier of doe een donatie aan het huidige Crowdfunding project .

Wil je zelf ook meedoen in 2019? Klik hier